Osteotomie Kopzijde

Beginnende slijtage die veroorzaakt wordt door een afwijking met name aan de kopzijde, zou behandeld kunnen worden door een osteotomie. Voorbeelden van behandelbare aandoeningen zijn bijvoorbeeld een afwijkende heupvorm na een doorgemaakte ziekte van Perthes. Hierbij kan het zijn dat de heupkop niet meer goed in de heupkom past, waardoor deze wrikt en hevelt over de rand van de heupkom en pijn en slijtage veroorzaakt, door de stand van de kop te veranderen zou een betere passing kunnen ontstaan. Hetzelfde geldt voor een afgegleden heupkop op kinderleeftijd, vaak is hierbij een dusdanige afwijkende vorm van de nek van de heupkop dat deze bij iedere beweging tegen de rand van de heupkom botst, dit zorgt ook voor pijn en slijtage. Ook bij deze afwijking kan een osteotomie een goede optie zijn. Er zijn natuurlijk ook nog andere aandoeningen waarbij een osteotomie een goede ingreep kan zijn, zoals bijvoorbeeld na een niet goed genezen breuk van de nek van de heup of bij een milde heupdysplasie met een te steile heup (is een ontwikkelingsstoornis)

Voorbeeld van een standscorrectie direct na de operatie.

Voorbeeld van een standscorrectie direct na de operatie.

Bij een osteotomie aan de kopzijde, wordt het dijbeen net onder de nek van de heup doorgezaagd en in een de gewenste stand weer vastgezet met plaat en schroeven. Dit betekent over het algemeen dat u 6 weken niet volledig op dit been mag belasten.

De ervaring over de jaren heeft geleerd dat vaak na bijvoorbeeld 10 tot 15 jaar veel patiƫnten alsnog in aanmerking komen voor een heupprothese.